De grijze, troosteloze aanblik van de flats uit de jaren ’60 heeft plaats gemaakt voor een moderne en frisse uitstraling. Ook energetisch hebben de 288 woningen een flinke stap vooruit gemaakt. De muzikale details op de kopgevels, verwijzen naar de naam van de wijk. Dit soort complexen doen wij meer, maar met in totaal 40.000 m2 geveloppervlakte was dit project wel een heel forse. Ons specialisme sluit goed aan bij het doel van dit project, namelijk om woningen energetisch te verbeteren en het uiterlijk te moderniseren. Dat is gelukt, ook wat betreft het energielabel. Dat is van E naar A gegaan.
Isolatienorm en esthetisch uiterlijk
Drie jaar geleden sloten wij aan bij project Mandoline, het renovatie- en onderhoudsplan voor deze portiekflats. Het wooncomplex is van wooncorporatie Rijswijk Wonen. Tijdens de laatste renovatie in de jaren ’80 zijn de voor- en achtergevels geïsoleerd met een droog isolatiesysteem, goedkope asbesthoudende platen die zo typerend waren voor die tijd. Daarmee werden meteen de scheuren in het metselwerk, die in de loop van de tijd waren ontstaan, aan het zicht onttrokken. Deze oplossing voldeed technisch niet meer aan de hedendaagse isolatienorm en aan het esthetisch uiterlijk. Ook de energetische prestaties waren slecht. Reden voor ons om deze flats versneld te verduurzamen en beter bewoonbaar te maken.
Geleding op de gevel
In samenwerking met Willems Vastgoed werd een ontwerp bedacht met hoogwaardige isolatie in combinatie met pv-panelen. Volgens de architect bij Willems, zat de uitdaging in de enorme schaal van dit project. Hij wilde kwaliteit, ook in de uitstraling, maar het budget was beperkt en het zijn wel heel wat vierkante meters. Daarom koos hij voor een combinatie van stuc en gevelstrips, waarmee hij geleding aanbracht op gevel. Door variatie in isolatiedikte werd dat effect nog meer versterkt. Het meest duidelijk is dat zichtbaar in de het trappenhuis, boven de entrees. Zo krijg je meer de maat van de woning in plaats van een massief blok. Die afwisseling en details verrijken de gevel en dat geeft kwaliteit.
Ook in de woningen zelf is een verduurzamingsslag gemaakt en zijn de kozijnen en ramen aangepakt en pv-panelen op het dak geplaatst. Willems werkt al heel wat jaren samen met ons en vinden om een goede partij omdat wij constante kwaliteit leveren en het proces onder controle hebben, ook bij grote projecten als dit. Wij denken mee met de opdrachtgever als het gaat om energetische verbeteringen en projectgerichte verbeteringen. Zo komen we samen tot mooie resultaten.
Prefab omkadering trappenhuis
Na het verwijderen van de beplating, inclusief het systeem erachter, en het schoonmaken van de gevel was het de beurt aan ons. Wij brachten een 14 centimeter dik isolatiepakket aan op de buitengevel en werkten die af met stucwerk en gevelstrips. De gemêleerde rode of gele kleur van de gevelstrips verbinden de gebruikte kleuren van de draaiende delen en de waterslagen. Opvallend is de grote kolom aan de buitengevel, boven de entree. Die omkadering van het trappenhuis hebben we helemaal in prefab gemaakt in de vorm zoals hij aan de gevel hangt. Hij bestaat uit een blok polystyreen en is in één keer verlijmd met de gevel. Daar gaat dan een bewapeningslaag overheen en dan de afwerking. In dit geval gevelstrips.
Een ander opvallend detail zijn de muziekgerelateerde afbeeldingen op zes van de tien kopgevels. Diverse muzieknoten en -sleutels zijn zichtbaar gemaakt door gevelstrips in een andere kleur te gebruiken. Een bijzonderheid die tegelijk een flat heel herkenbaar maakt, zoals de wooncorporatie dat graag wilde in het ontwerp.
Comfort
Voor ons zit het werk er na ruim anderhalf jaar op. Isolatietechnisch is er flink verbeterd en dat komt weer ten goede aan het comfort in de woningen. Wat dit project voor ons bijzonder maakt? Dat is toch wel het esthetische verhaal. De portiekflats hebben een moderne en frisse uitstraling gekregen. De combinatie tussen stucwerk en gevelstripafwerking geeft een leuk, speels effect en maakt het project financieel haalbaar.
Klik op de afbeelding om het artikel
te lezen in het magazine Stedenbouw.
Het complete boek is te lezen: Hyperlink